Een solide financieel beleid en een efficiënte begroting
Doel (2019-2023)
Een degelijk en solide financieel beleid zodanig dat er jaarlijks een sluitende begroting wordt aangeboden en dat onze reserves op een verantwoord niveau blijven.
Doelrealisatie
We hebben een degelijk en solide financieel beleid gevoerd, waardoor we een sluitende meerjarenbegroting (tot en met 2026) hebben kunnen aanbieden. De weerstandsratio valt binnen de daarvoor vastgestelde bandbreedte.
Activiteiten 2023
We hebben de veertien 'bestuurlijke afspraken op financieel gebied' die zijn opgenomen in het 'Coalitieakkoord 2019-2023 Flevoland; Ruimte voor de toekomst' als uitgangspunt toegepast.
Middelen
7.3 Algemene dekkingsmiddelen & stelposten | Rekening 2022 | Begroting 2023 ontwerp | Begroting 2023 na wijziging | Rekening 2023 | Verschil |
---|---|---|---|---|---|
Lasten | 10 | 8.375 | 2.877 | 51 | 2.826 |
Baten | -200.271 | -200.220 | -211.046 | -213.562 | 2.516 |
Saldo | -200.261 | -191.846 | -208.169 | -213.511 | 5.342 |
x € 1.000 |
Waardoor wijkt het af | Verschil | Waarvan | effect op: |
---|---|---|---|
Lasten | Reserve | Rekening- saldo | |
1. Onvoorziene uitgaven | 96 | 0 | 96 |
2. Loon- en prijsontwikkelingen | 1.135 | 0 | 1.135 |
3. Stelpost 'Nieuw beleid' | 315 | 0 | 315 |
4. Onzekerheden Perspectiefnota | 1.200 | 0 | 1.200 |
Overige kleine verschillen | 80 | 0 | 80 |
Totaal lasten | 2.826 | 0 | 2.826 |
Baten | |||
5. Provinciefondsuitkering | 679 | 0 | 679 |
6. Opcenten motorrijtuigenbelasting | 542 | 0 | 542 |
7. Rentebaten | 1.203 | 0 | 1.203 |
Overige kleine verschillen | 92 | 0 | 92 |
Totaal baten | 2.516 | 0 | 2.516 |
x € 1.000, - = nadeel |
Toelichting
1. Onvoorziene uitgaven
Jaarlijks is in de begroting een bedrag geraamd voor onvoorziene uitgaven. Deze post is in 2023 niet benut, de onvoorziene situatie konden zover van toepassing nog binnen de reguliere begrotingsposten worden opgevangen.
2. Stelpost loon- en prijsontwikkelingen
Jaarlijks is in de meerjarenbegroting een stelpost opgenomen voor de loon- en prijsontwikkeling op basis van de verwachtingen van het Centraal Planbureau. Die stelpost wordt bij het opstellen van de begroting en bij de zomernota ingezet voor de indexatie van de lonen, subsidies en opdrachtverstrekkingen. Voor 2023 resteerde nog een bedrag van € 1,1 mln., wat niet nodig is geweest voor tussentijdse indexaties.
3. Stelpost 'Nieuw beleid'
Deze stelpost is bedoeld voor nieuwe initiatieven welke niet zijn opgenomen in de begroting. Binnen de stelpost waren enkele oormerken opgenomen voor specifieke onderwerpen die nog nadere uitwerking of besluitvorming behoefden. De beschikbare ruimte voor nieuw beleid is uiteindelijk voor een bedrag van € 0,3 mln. niet ingezet in 2023.
4. Onzekerheden perspectiefnota
De stelpost 'Onzekerheden perspectiefnota' is met name bedoeld als risicobuffer voor tegenvallende opbrengsten uit de opcenten op de motorrijtuigenbelasting bij toenemende elektrificering van het voertuigenbestand. In de begroting worden diverse rekenkundige aannames gedaan, die omgeven zijn door onzekerheden (zoals de ontwikkeling van de belastingcapaciteit en de provinciefondsuitkering). Deze stelpost was bedoeld om eventuele tegenvallers die zich daarbij voordoen op te vangen. Omdat het effect van dergelijke ontwikkelingen opgevangen kon worden binnen de overige budgetten is deze stelpost uiteindelijk in 2023 niet ingezet.
5. Provinciefondsuitkering
De geraamde provinciefondsuitkering is voor het laatst bijgesteld bij de Slotwijziging 2023 en was gebaseerd op de septembercirculaire 2023. Nadien is de decembercirculaire 2023 verschenen. De effecten van deze circulaires konden niet meer in de begrotingsraming worden verwerkt. Uiteindelijk is de uitkering circa € 0,7 mln. hoger uitgevallen dan de raming. Deze toename wordt veroorzaakt door:
- een nadeel van € 0,3 mln. veroorzaakt door bijstellingen van de parameters voor de verdeling van de uitkering over de provincies, namelijk de maatstaven 'aandeel binnenwater', 'opcenten motorrijtuigenbelasting' en 'oeverlengte';
- een voordeel van € 0,4 mln. veroorzaakt door nieuwe (decentralisatie-)uitkeringen, met name voor Novex;
- een nadeel van € 0,5 mln. veroorzaakt door de (verwachte) nacalculatie van de belastingcapaciteit over 2023. De nacalculatie van de uitkering op basis van de gerealiseerde belastingcapaciteit (die in 2024 plaatsvindt) leidt naar verwachting tot een hogere uitkering, omdat het verdeelmodel provinciefonds rekening houdt met de werkelijke belastingopbrengst en de belastingcapaciteit in provincie Flevoland heeft zich in 2023 ten opzichte van de andere provincies ongunstiger ontwikkeld.
- een voordeel ten opzichte van de begroting van € 1,0 mln. namelijk de vrijval van de buffer voor behoedzaamheid.
6. Opcenten motorrijtuigenbelasting
Door mutaties in omvang en samenstelling van het wagenpark (waaronder de toegenomen elektrificering) is de uiteindelijke opbrengst over 2023 circa € 0,5 mln. hoger dan was geraamd (een relatieve afwijking van 1,12%). Dit is het gevolg van een minder grote daling van het aantal belastbare voertuigen dan was begroot.
7. Rentebaten
Door de stijgende rentetarieven in 2023 zijn met name in het tweede half jaar van 2023 de ontvangen rentevergoedingen op het schatkistbankieren hoger dan geraamd. Het gemiddelde rentetarief in januari was 1,9% en dit is geleidelijk gestegen tot een gemiddeld tarief in december van 3,9%.